Het leven smaakt goed. Daarom moet je het slurpen. numéro 104, januari 2019
Allô allô, Wijntijger, bonjour!
Niet balen maar stralen Je kan klagen over het slechte weer, of lachen om de regen. Zeuren over de sneeuw, of genieten van een witte wereld. Mopperen dat de trein te laat is, of om je heen kijken en nieuwe dingen zien. En omdat je er meestal toch niks aan kan doen, kun je er maar beter om lachen!
Snoeien is bloeien Snoeien is koud klerewerk, waar nooit een einde aan komt. Toch kun je er voldoening uit halen: Balen wordt stralen. De nacht heeft haar zwarte mantel nog maar nauwelijks afgelegd, of in de kroon van de moerbeiboom roert zich een donker silhouet. Het is ‘Chef de vignes’ Frédéric. Onder de gesloten luiken van de slaapkamer waar de kasteelheer met een glimlach om de nobele lippen nog diep in dromenland verkeert, knipt hij fluisterstil de takken weg. Een taak waarvan de verantwoordelijkheid nauwelijks overschat kan worden, maar het winterse snoeiwerk in de wijngaard speelt natuurlijk een veel belangrijker rol. Nadat de kasteelheer zich heeft gebaad, zijn kleedsters hem in zijn kostuum hebben gehesen en hij zich tegoed heeft gedaan aan een copieus ontbijt van kievitseieren besprenkeld met een glas excellente Bordeaux, begeeft de druivenruiter zich dan ook wijngaardwaarts. Helaas snijdt hij zichzelf daar vrijwel direct lelijk in de vingers. IJlings zendt de gealarmeerde wijnboerenzoon Klaas een snoei-eenheid het veld in. Oppersnoeister Bernadette doet haar best niet in een gierende lach uit te barsten. ‘Ahhh,’ veinst zij beleefd, ‘U bedoelt dat u met dit antieke druivenmartelwerktuig de wijnstokken te lijf wilt?’ Nu toont de kasteelheer zich van zijn beste kant: ontroerd schenkt hij haar zijn zelfgebreide Slurpmuts. Liefdevol plakt zij een pleister op de wonde. Nijver zet de troupe snoeisters zich aan het werk en de kasteelheer kan zich, onder het mompelen van onduidelijke dichtregels, weer aan zijn gebruikelijke schijnwerkzaamheden wijden.
Gelijk en toch verschillend Het wijnjaar 2010 wordt door wijnkenners beoordeeld als “Een van de indrukwekkendste wijnjaren van deze eeuw.” Dat die 2010 dus volledig ausverkauft is, laat zich raden.
Beide jaargangen hebben wijnen opgeleverd die prachtig in balans zijn, met een spannende dynamiek, maar allebei met een eigen karakter: de 2010 gewichtig en geconcentreerd, de 2016 soepel en verleidelijk. Beide wijnen heerlijk om te drinken (de 2016 nu al), maar ze verschillen van elkaar als een hommel en een vlinder, als een sumoworstelaar en een balletdanseres. Degenen die over het wijnjaar 2016 hebben gelezen, weten dat het een wispelturig jaar was. De winter was geen winter, maar een soort lauwwarme dweilpauze. Toen de lente aanbrak, kregen we geen zacht voorjaarszonnetje, maar schoven de hemelsluizen open en werden we gebombardeerd met weken durende regenbuien die zoveel water lieten vallen dat je bijna een ark zou gaan timmeren. Maar in mei brak de zon door en die is de hele zomer lang niet meer weggegaan. Dat was het moment dat de natuur ons het lesje uit deze Slurp leerde: ‘Niet balen, maar stralen’ (of in dit geval: ‘eerst kijken, dan zeiken’). Want tijdens die kurkdroge zomer bleek dat de aanhoudende regenval in het voorjaar, waarover we zo hadden lopen mopperen, ervoor had gezorgd dat de natuurlijke grondwaterreservoirs in de aarde tot de rand waren gevuld; genoeg om onze wijngaard door de zinderende augustusmaand te loodsen. Door deze boot camp-achtige weersomstandigheden plus het feit dat we biologisch werken, waren de druiven toen het plukmoment naderde zoet, sterk en tot de tanden toe gewapend voor de oogst. Nu wisten we dat we het wijnjaar 2016 met een onbezorgd hart tegemoet konden zien. We hadden het bij het goede eind: de hele druivenpluk lang konden we karrenvrachten rijpe druiven binnenhalen.
Oogstverslag jaargang 2016
Goede wijn maak je niet in de wijnkelder, maar in de wijngaard. Dat betekent dat je 8 uur per dag, 7 dagen per week en 12 maanden per jaar je druivenstokken moet vertroetelen alsof het 100.000 liefdesbabies zijn. De afgelopen maand werd ons leven gedicteerd door de druif. Elke dag opnieuw klonk de vraag: 'Gaan we morgen oogsten? Of laten we onze druifjes nog een dagje zonnebaden en zoeter, rijper en lekkerder worden?' Russische roulette. Want langer rijpen, betekent betere wijn. Maar een onverhoedse regenbui kan in dit stadium fataal zijn. Het is al maandenlang stralend weer, met temperaturen boven de dertig graden. Smachtend naar water hangen de druiven aan hun steeltjes. Bij een plotselinge hoosbui dreigt het gevaar dat die dorstige blauwe balletjes zich zo gulzig volslurpen, dat ze openspatten en de schimmel zijn klauwen zet in hun tere binnenflikkertjes. De kans op wijn van goede kwaliteit is dan onverbiddelijk naar de kloten. Aan het begin van elke rij wijnstruiken worden plukkerskratjes neergezet waarin de trossen zullen worden gevleid en naar de wijnkelder vervoerd. Dit gebeurt nog net niet met de witte handschoenen van een juwelier, maar wel heel voorzichtig. Zo voorkomen we dat de druiven stukgaan en al in de wijngaard beginnen te gisten. De druivenplukkers (m/v) worden tegenover elkaar ingedeeld aan weerszijden van de druivenstruiken. Mag de lente iets te genereus besprenkeld zijn geweest, dat werd meer dan goed gemaakt door de lange, zonovergoten zomer. De druiven zijn dan ook van een indrukwekkende kwaliteit. De wijnboerenminnares is er klaar voor. De camera en zijzelf opgeladen tot ver boven het laatste streepje, staat ze te popelen om de druivenpluk 2016 van minuut tot minuut vast te leggen op de gevoelige schijf. ...gedurende de ochtend loopt de temperatuur tussen de wijnstokken flink op. En als de concentratie verslapt, neemt de kans op een misknip met de snoeischaar navenant toe. Gelukkig is de wijnboer, die de EHBO-diploma's A, B en C bezit, snel ter plaatse. Als hij het bevallige plukstertje Babette bij wijze van veldhulp ook nog mond-op-mond-beademing aanbiedt, geeft zij hem beleefd 'Le Doit', de Franse versie van 'The Finger'. ‘Hottistes’ zijn de plukkers wier taak het is om met vier volle druivenkratten op hun rug in de bloedhitte door de wijngaard naar de trekker te zwoegen. Trefzeker wijst Maître de Chai Philippe de twee Hottistes van de dag aan. Met een gemak dat de wijnboer telkenmale weer imponeert, wordt de trekker achteruit tot 3,4 centimeter van de deur van de 'Chai', de bovengrondse wijnkelder, gemanoeuvreerd. Druivensteeltjes bevatten veel tannines en die geven een harde, vegetale smaak aan de wijn. Dat willen we niet, dus gaan de trossen eerst in de 'Égrappoir', de ontsteelmachine. Druiven moet je niet persen. Daar krijg je alleen maar kneiterharde wijn van, uitsluitend geschikt om weg te geven aan vrienden waar je de pest aan hebt. Ook onrijpe druiven geven een wrange smaak aan de wijn. Daarom voeren wij tijdens de druivenoogst een geen-stap-terug-beleid. Niet rijp, niet naar binnen. Door de biodiversiteit die wij al jarenlang nastreven, zoemt, zingt, wemelt en krioelt het er in onze wijngaarden op los. Dat vinden we prima tussen de druiven, maar niet in de wijn. Japie (zie foto) is gered. De wijn heeft dus geen 'afdronk van krekels'. De eerste gisting grijpt plaats in zogeheten 'Cuves' van roestvrijstaal. Die zijn voorzien van een computergestuurd verwarmings- en koelingssysteem waarmee we de duur van de gisting kunnen bepalen. Een selectie van de oogst gaat niet in die glanzende wijnraket. Die druifjes mogen feestvieren in 'Barriques Bourguignonnes', vaten van Frans eikenhout met een inhoud van 500 liter Emmer na emmer vult het vat zich. De gisting zet direct in, en om ervoor te zorgen dat dit gelijkmatig gebeurt, moet de inhoud handmatig en met titanenkracht worden omgeroerd. Aan het einde van een lange dag, als alle druiven in het vat dobberen, gaan de wijnboer en zijn minnares een welverdiend potje vreemd.
Cliquez ici voor meer techno-info over de Château La Tulipe 2016 Bordeaux Supérieur. Cliquez ici voor een lijst met Albert Heijnwinkels waar Château La Tulipe 2016 verkrijgbaar is. Mocht zij daar voor je neus zijn weggekaapt, laat het ons weten via info@tulipe.nl, dan proberen we alsnog een oplossing te vinden.
Niet balen maar stralen
Hier staat het nog eens zwart op wit geschreven en gedrukt: Niet balen, maar stralen! Drink er een lekker glaasje Tulipe bij en je bent verzekerd van een eigen kogelvrij afweersysteem.
Deze nieuwe roman speelt zich af in Frankrijk, maar halverwege verplaatst het verhaal zich naar Piemonte in Italië. Mijn ervaringen in dat verwoestend mooie land heb ik door deze geestige, maar ook spannende roman gevlochten. ‘Mijn beste boek tot nu toe!’ hoor ik mijzelf vinden. Maar ja, vinden schrijvers dat niet altijd…? The making of De druivenfluisteraar is verkrijgbaar vanaf 22 februari.
Allez, veel slurpplezier en Hartelijk Santé! Volg ons
Heb je wat te zeuren, te piepen of te knorren? Mail: slurp@tulipe.nl
Je krijgt de Slurp! nieuwsbrief omdat je je hiervoor hebt opgegeven of
|